Ook: harden (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), (Zuidwest-Drenthe Zuid)
uithouden
Hou is het, kanst het nog een beetien haarden, mien jong? (Eelde)
De knecht kan niet best bij die boer haarden (Eext)
Hie kun het in hoes niet mèer haarden (Sleen)
Dat is haost niet te harden, zo'n lawaai hebben ze, die kinder (Klazienaveen)
Ik kin het neit best haarden dat ze die kinder pluigen
Ik kan het niks te good haarden
Hij kan het wel harden