Ook: haarba(a)rg, herberg (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), harbarge (Zuidwest-Drenthe Zuid), haarbaarg (Kop van Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Noord), harbaarg (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe Noord), haarbarg (Veenkoloniën)
herberg, kroeg
Tegen elf uur gungen wij hen de harbaarg en wij kochden oous een borrel (Eext)
Wij gungen eerder van het paosvuur naor de harbarg (Oosterhesselen)
Wat een deurdreier van een vent, hij brengt alles naor de harbarge (Hoogeveen)
*Ie kunt van een harbarg gien boerenschure maken