Ook: hoppeln (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), huppeln (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), (Zuidwest-Drenthe Zuid), hubbeln
hobbelen
Wat kan dat kind hobbeln op het neie hobbelpeerd (Ruinerwold)
Die wagen hobbelde der over, over die hobbelstraot (Sleen)
Der hobbelde een boerenwagen over de zandweg (Schoonebeek)
Ach, wij hobbelt wel met
in slaap wiegen(Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))
Je moet dat kind even hobbeln (Klazienaveen)
(onpers.) ruzie hebben(Zuidwest-Drenthe)
't Hobbelt nog wel ies tussen die twee (Diever)
op een (sukkel)drafje gaan(Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
IJ moet dat peerd beter anmennen, het hobbelt der ja over (Eext)
Heel in de veerte komp een boer mit peerd en wagen an hoppeln (Coevorden)