Ook: kèel (Zuidwest-Drenthe Zuid), kele, kèle (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))
keel
Ik heb het in de keel
Het hart klopt me in de keel (Zeyen)
Het hank mij de keel oet (Sleen)
Op hals en keel volholden dat e het niet lug
Zij vecht op hals en kèel (Hollandscheveld)
hals
in(Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
under de keel meien
...pakken
snien
Het kun niet anders, ik mus hum under de keel mèeien (Exlo)