koetspaard
Het pèerd dat de koets trök, was het koetspèerd (Buinen)
Een peerd dat vertrouwd was, was 'n koetspeerd (Roderwolde)
Pak het koetspeerd mar even, dat is al wat oold en het is mak (Padhuis)
Hij zweet as 'n koetspeerd (Westerbork)
pronkende vrouw(Zuidwest-Drenthe Noord)
Zie ook: