koot koten, de, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe

Ook: kote (Midden-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe)

  1. koot

    Die koe hef het um de koot toe hielmaol dik (Sleen)

    Het peerd hef de kote breuken (Dwingelo)

    Oenze olde mere stond geregeld aover de kote en dan was hij mitiene kreupel

    Aj older wordt, wordt de koten wat stief (Diever)

    Non heb ik het kootie van de doeme breuken (Hijken)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...