matten I bijvoeglijk naamwoord
  1. van biezen gemaakt

    Wij hebt nog stoelen met matten zittings (Sleen)

    Zie ook:
  2. met biezen zittingen

    Die olderwetse matten stoelen bint weer in de moede (Hoogeveen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...