Ook: mislijk, misselk (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe)
onpasselijk
Aj eerst in verwachting bint, kuj oe arg misselijk vulen (Ruinerwold)
Ik wor misselijk van die regen (Roden)
Hie was zo misselijk as een kat (Anloo)
een krèei (Westerbork)
ergerniswekkend
Wat een misselijke kerel met zien flauwe, male praoties (Vries)
Wat ziet die erpel der misselijk oet
geweldig(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid)
Wat een misselijk groot gebouw is dat (Stieltjeskanaal)
Dat is een misselijk ende weg (Hollandscheveld)
Ik heb daor een mislijk mooie jurk zien (Coevorden)
verschrikkelijk
Wat leef wij in een misselijke tied (Anloo)
Het is mislijk, zoas ze daor tekeer gaot (Sleen)
in
niet misselijk
Een pries uut de lotterije? Dat is niet misselijk (Meppel)