opbakken, verwarmen
Wij hebt een klikkie eerdappels op ebakken (Hoogeveen)
's Aovends opgebakken eerappels, dat is lekker (Barger Compascuum)
Olde stoete opbakken (Havelte)
bakken
Za'k oe gauw èven een ei opbakken (Hollandscheveld)
Woj de leverworst opbakken hebben of rauw? (Padhuis)
verbakken
Ik zal dat pannekoekenbeslag wal opbakken (Nijeveen)
opkrassen(Midden-Drenthe)
Hij kan opbakken met zien praoties (Beilen)
Aj dat doet, kuj je wal opbakken bij de wichter (Sleen)
Die kan hum om mij wel opbakken (Schoonoord)