opruimen
Mos de boul nog wel wat opreddern (Eelde)
Ie kunt de hiele dag wel an het opreddern blieven (Geesbrug)
opknappen(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
IJ kunt wal zien dat er neie bewoners inkommen bint, de boel is aordig opredderd (Sleen)
opschudden van een laag koren bij het dorsen(Zuidwest-Drenthe Noord)
Nao het dörsen moej de legge nog opreddern (Wapserveen)