roer I -en, het, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Veenkoloniën, Veenkoloniën

Ook: rouer (Kop van Drenthe), (Veenkoloniën)

  1. roer

    De schipper stund an het roer en zien vrouwe leup in de liende (Hoogeveen)

    Zij hef daor het roer in haanden

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...