Ook: ...taokel, ..taekel (Zuidwest-Drenthe Noord), spik... (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
spektakel, lawaai
Wat meuken die kiender een spektaekel (Dwingelo)
ophef
Ze maoken van dat feest een heil spektaokel
Ie mut niet aoveral zo'n spektakel van maken (Zuidwolde)
Het gef een hoop spektakel met die renovatie van die hoezen
ruzie
Um die neie weg meuken ze een spektakel, het was nich mooi meer (Barger Oosterveld)
probleem, moeite
Ik heb er een boel spektakel mit en hie schut er niks mit op (Ruinerwold)