spelde -n, de, Kop van Drenthe, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Veenkoloniën, Veenkoloniën, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)

Ook: spèeil (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), spelte (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), spèelde (Veenkoloniën), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), spèel (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), speilde (Midden-Drenthe), spèle (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))

  1. speld

    Pas op, datst het kind nich mit de spelde stekst, ast heur de douk veur dust (Barger Compascuum)

    Het gres is aal spelden en naalden

    Zie ook:
  2. sierspeld

    Het hef een zulvern ooriezer met golden spèelden (Balloo)

    An weerskanten zaten twee spele tussen de stifte (Padhuis)

    Dat is een heel mooi speiltie, maor het is arg liedzem

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...