vegen overgankelijk, werkwoord, zwak, Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidwest-Drenthe Zuid, Zuidwest-Drenthe Zuid

Ook: vègen (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), (Zuidwest-Drenthe Zuid)

  1. vegen

    Zij veegt de schörstien mit hulzebos (Hoogeveen)

    IJ moet even de straot vegen (Oosterhesselen)

    Zie ook:
  2. slaan(Kop van Drenthe, Veenkoloniën, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))

    Dat peerd kan vinnig achteroet vegen

    Hij hef hum eine veegd

    Zie ook:
  3. hard lopen

    Hij veegde der over (Klazienaveen)

    der langs (Nieuw Schoonebeek)

    Hij veegde der tussenuut (Beilen)

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...