verplanten, verpoten
Vaste planten kuj het beste in het veurjaor verpoten (Schoonebeek)
Aolde bomen moej niet verpoten (Gasselte)
Dei olde mensen meut ie nich meer verpoten
verplaatsen
Het vuur het zuk verpoot (Oosterhesselen)
Hie hef zölf de pokken verpoot
Het vuur verpaoten op een wallegie of in een sloot (Stuifzand)
verpokeln