Ook: vlonder
vlonder
Een vlonder was een plaank, die over de sloot lag en an die plaank zat een leuning (Eext)
Ze harren 't vonder ofdraaid en der nich weer opdaon (Barger Compascuum)
Ie hadden vrogger vonders, die waren lèvensgevaorlijk (Hollandscheveld)
batting
Allerhillingdonderdag/Doe de boer op het vonder lag/Ikke derbij/Hij derbij/Det was een mooie schilde (Broekhuizen)