Spellingvarianten als bij: vrumd
vreemde
Dat is een vrömde, dei komp hier nich vort (Barger Oosterveld)
Paartie lu leer ie nooit good kennen, het bint en bleeft vrömden (Diever)
Dat hef hij ok niet van een vrumde (Hijken)
eigenaardig persoon, zonderling
Dat is wat een vrumde (Roderwolde)
vreemde gebieden
Dei gait tot het nust oet, dei wil naor de vremde (Barger Compascuum)