war de, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Veenkoloniƫn, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe, Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte), Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe

Ook: warre (Midden-Drenthe), (Zuidoost-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe), wir (Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte)), wirre (Midden-Drenthe), wir II

  1. verwarring, verwardheid

    Het gaoren zit in de wir, ...war (Sleen)

    Ie mut niet zo an die draod hurten, aans krieg ik het nooit uut de warre (Ruinerwold)

    Hij is een beetien in de warre, hij is de kluts kwiet (Pesse)

    Hij komt er zowat mit in de warre (Broekhuizen)

    Zie ook:
  2. kwast in het hout(Zuidoost-Drenthe (veengedeelte), Zuidwest-Drenthe Noord)

    De warre in het holt, dat zit bij de noesten (Dwingelo)

    Mooi rechtdraoderig holt, in tegenstelling tot holt vol noesten en warren (Nieuw Amsterdam)

    wiere

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...