Ook: zègen (Zuidwest-Drenthe Zuid)
zegen
De domnee gaaf an het èend van de deeinst oous de zegen (Balloo)
Zij gungen al veur de zegen de karke oet (Barger Oosterveld)
Daor rust gien zegen op
Mien zegen hej
Alle zegen komp van boven
De zegen met het bokkie
De zegen met het geld (Sleen)
afscheidsgroet
Ik gao der vandeur, de zegen (Ruinerwold)
Nou, de zegen heur!
Insgelieks (Valthermond)
De zegen van Bartje (Beilen)
van Habakuk (Elim)
van Ruth