zoel II bijvoeglijk naamwoord, bijwoord, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe, Midden-Drenthe, Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe

Ook: zoelig (Midden-Drenthe), (Zuidwest-Drenthe)

  1. zacht, aangenaam, gezegd van het weer. Ook wel van zwoel weer

    Het is van dat zoule weer (Zuidlaren)

    Het is lekker zoel weer (Hijken)

    Het is een zoele wind (Eexterveen)

    As het weer zoelig is en het regent zo nou en dan, dan is het guunstig weer (Havelte)

    Het is zoel weer, wij kunt wel dunder kriegen (Eext)

    zwoel

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...