U zocht voorbeeldzinnen met daarin "ansluting"
Resultaten 1 - 11 van 11
- anscheiding: ansluting
- ansluting: In Wiester is nargens geen ansluting op het openbaar vervoer (Wijster)
- ansluting: Hij hef de ansluting van de bus nich haald (Barger Compascuum)
- ansluting: Ik kreeg direct ansluting, wij begrepen mekaar direct (Emmen)
- ansluting: Hij hef weinig ansluting
- ansluting: Hej al gas, Durk? Ja heur, wij hebt ansluting (Havelte)
- ansluting: Toen de ansluting tot stand kommen was, bint zie met een andere naam deurgaon
- ansluting: Het gef wel ofdoende ansluting op de balken (Hooghalen)
- ansluting: Achter dat laand haar e nog een ansluting (Westerbork)
- boemel: Hij miste de ansluting mit de sneltrein, toen hef hij de boemel maar eneumen (Wapserveen)
- deurtrekken: As ze die weg nou is deurtrokken, dan kreeg e mooi ansluting op de hoofdweg (Roderwolde)